Geboren te Elsene op 18 december 1895 als zoon van Camiel Celestijn Devriendt (geboren te Bredene op 28 september 1873 en overleden te Oostende op 27 november 1942) en van Josephina Desirea Despret (geboren op 2 maart 1878 en overleden op 25 november 1914). Octave was mechanieker van beroep, ongehuwd en woonde in de Radiumstraat 6 te Schaarbeek. Zijn ouders woonden in de Karel Janssenslaan 27 te Oostende.

Hij kwam als beroepsvrijwilliger het Belgisch leger binnen op 1 januari 1914.
Tijdens de mobilisatie op 1 augustus 1914 werd hij bevorderd tot korporaal. In die functie werd hij toegevoegd bij het 1^ste Grenadiers Regiment. Hij sneuvelde voor het vaderland tijdens de eerste uitval van het Belgisch leger vanuit Antwerpen op 26 augustus te Berg. Hij werd eerst begraven op de begraafplaats Wespelaar (graf 2439) om uiteindelijk zijn rustplaats te vinden op de Belgische Militaire Begraafplaats te Veltem-Beisem aan de Brusselse Steenweg (graf 350).

Na de oorlog nam zijn vader, die nog in de Karel Janssenslaan 27 te Oostende woonde, postuum alle eretekens in ontvangst. Korporaal Devriendt werd door het Ministerie van Landsverdediging bedacht met de Zege- en Herinneringsmedaille, het Oorlogskruis met palm, houder van het Vuurkruis, het Kruis in de Orde van Leopold II met palmen.