Geboren te Villers-le-Cambon op 1 maart 1868 als zoon van Isidore Joseph Magniette en Leonie Magniette (achternaam van haar man). Hij was gehuwd met Laure Marx en was vader van twee kinderen. In het burgerleven was hij fabrieksdirecteur.

Hij was Kapitein-Commandant bij de 14^de Linie. Hij diende ook bij het 13^de, 12^de Linie Regiment. Hij nam een dapper aandeel in het gevecht te Haacht op 12 september 1914. Hij sneuvelde dan ook op 12 september 1914 aan Kampenhout-Sas door een granaatscherf die hem in de borst trof. Hij ligt begraven op het Belgisch Militair Kerkhof in Veltem-Beisem (graf n° 39).

Postuum werd hem het Kruis in de Kroonorde toegekend alsook ridder in de Orde van Leopold II, ridder in de Kroonorde, het Oorlogskruis en de Militaire Medaille Tweede Klasse.

Een luitenant-generaal van het kamp Prince-Albert beschreef hem als 'een zeer goede officier, intelligent, serieus en zeer punctueel in het doen van zijn opgelegde taken. Een winnaar en zijn doorgedreven persoonlijkheid maakte van hem een unieke persoon'.