Geboren op 13 december 1892 te Luik als zoon van Felix Guillaume Marrée en Louis Berthe Hélène Dubois. Hij was ongehuwd en woonde samen met zijn ouders in de Charles Bartholomezstraat 8 te Luik.

Hij deed zijn militaire dienstplicht als milicien van de lichting 1911.
Tijdens de mobilisatie van 1 augustus 1914 ging hij als beroepsvrijwilliger en als soldaat-klaroenblazer het leger in bij het 14^de Linie Regiment. De taak van een klaroenblazer bestond erin om signalen door te geven aan de troepen in het veld. Tijdens de tweede uitval van het Belgisch leger vanuit Antwerpen in september 1914 sneuvelde hij op 12 september 1914 aan Kampenhout-Sas. Zijn lichaam werd niet teruggevonden, waarschijnlijk is het begraven in een massagraf te Boortmeerbeek.

Postuum werd hij bedacht door het Ministerie van Landsverdediging met de Zege- en Herinneringsmedaille, het Kruis in de Orde van Leopold II met palm en het Oorlogskruis met palm. Zijn vader Felix Marrée nam zijn eretekens in ontvangst.