Geboren te Eppegem op 17 augustus 1893 als zoon van het echtpaar Guilielmus Coppens en Anna Maria Van Loock. Hij huwde met Anna Catharina Vandenbranden, dochter van het echtpaar Vandenbranden-Willems. Zij werd geboren te Houtem op 11 mei 1890 en overleed te Kampenhout op 17 september 1965. Joannes overleed in Kampenhout op 20 november 1957.

Hij was bezig aan zijn verplichte dienstplicht bij het uitbreken van de oorlog. Hij was dienstplichtig milicien van de lichting 1913.
Tijdens de algemene mobilisatie van 1 augustus 1914 werd hij als soldaat Tweede Klasse toegevoegd aan het 2^de Bataljon Wielrijders Karabiniers. Op 12 februari 1915 werd hij overgeheveld naar het 1^ste Regiment Karabiniers tot 28 mei 1918 waar hij een bijkomende opleiding diende te volgen bij de 4^de C^ie van het B.R.I. Het Bataillon de Renfort et d'Instruction was een opleidingscentrum van de infanterie en de genie. Na de wapenstilstilstand van 1 november 1918 werd hij op 22 december 1918 overgeplaatst naar het 6^de peloton van het spoorwegpersoneel te Brussel van waaruit hij ook demobiliseerde op 30 september 1919.

De minister van Landsverdediging bedacht hem na de oorlog met de Zege- en Herinneringsmedaille, het Oorlogskruis, het Kruis als Ridder in de Orde van Leopold II, het IJzerkruis en 7 frontstrepen. Hij ontving 500 frank voor het 'herstel van zijn haardstede'.