Geboren te Kampenhout op 6 juli 1880 als zoon van Joannes Franciscus De Coninck (geboren te Kampenhout op 4 september 1833) en van Maria Josepha Verboomen (geboren te Berg op 22 februari 1837 en overleden te Kampenhout op 14 febuari 1895 op een leeftijd van 57 jaar). Petrus was 1,725 meter lang, had blauwe ogen en kastanjebruin haar. Hij huwde op 14 febuari 1907 te Berg met Anna Maria Sophia Van Bever (dochter van Judocus Desiderius Van Bever en van Anna Maria Peeters). Petrus overleed te Kampenhout op 21 februari 1968.

Hij deed zijn militaire dienstplicht als milicien van de lichting 1900.
Tijdens de mobilisatie op 1 augustus 1914 werd hij als vrijwilliger en soldaat Tweede Klasse ingedeeld bij het 1^ste Regiment Jagers te Voet. Na de val van Antwerpen werd hij op 16 oktober 1914 overgeheveld naar Calais om vanaf 5 december 1914 te worden gemuteerd naar de 18^de C^ie van de hulptroepen van de Genie. Hij maakte campagne met deze eenheid in Veurne, Adinkerke en Steenkerke. Op 17 december 1915 werd hij overgeplaatst naar het Detachement Werklieden Le Havre en werd zijn standplaats Graineville. Daar werd hij tewerkgesteld in de Belgische munitiefabrieken rond Le Havre en dit tot het einde van de oorlog. Hij demobiliseerde op 1 februari 1919.

Na de oorlog werd hij door het Ministerie van Oorlog bedacht met de Zege- en Herinneringsmedaille, het Oorlogskruis en drie frontstrepen.