ProjectenWO 1 |
Geboren te Kampenhout op 2 juni 1882 als zoon van Joannes Victorianus Goossens en Maria Camut. Hij woonde sinds 3 september 1905 in de Brusselsesteenweg nº 29 te Veltem. Hij huwde op 8 mei 1907 te Veltem-Beisem met Maria Emma Michiels en had met haar 2 zoons, Frans °1910 en Désiré Edward °1912.
Hij deed zijn militaire dienstplicht als milicien van de lichting 1902.
Bij de mobilisatie op 1 augustus 1914 werd hij terug onder de wapens geroepen om meteen ingedeeld te worden bij het 1ste Artillerie Regiment. Op 15 oktober 1914 werd hij overgeplaatst naar de Genie, waar hij naar het trainingskamp werd gestuurd te Ardres, een Franse gemeente in het departement Pas-de-Calais in het arrondissement Saint-Omers. De soldaten die naar het trainingskamp te Ardres werden gestuurd, kregen de kneepjes mee voor de uitvoering van verdedigingswerken. Deze opleiding mocht hij van 18 maart 1915 tot mei 1915 aan de praktijk toetsen toen hij ingedeeld werd bij de 47ste Cie van de Hulptroepen van de Genie in de sector rond Poperinge. Wegens een reorganisatie van de legereenheden werd hij vanaf mei 1915 definitief overgeplaatst naar de Spoorwegtroepen. Hij bleef er voor de duur van de oorlog, tot hij op 15 februari 1919 demobiliseerde.
Na de oorlog bedacht het Ministerie van Landsverdediging hem met de Zege- en Herinneringsmedaille, het Oorlogskruis met Palm, de Militaire Medaille 1914-1918, de IJzermedaille, het IJzerkruis en kreeg hij 8 frontstrepen op zijn naam.