Geboren te Berg op 29 mei 1891 als zoon van Joannes Franciscus Raes en Maria Carolina Verhoeven. Hij was gehuwd met Maria Elisabeth Cobbaert en woonde vanaf 3 december 1919 aan de Aarschotsebaan nº 5 te Berg. Hij overleed te Leuven op 29 juni 1965.

Hij deed zijn militaire dienstplicht als milicien van de lichting 1901.
Tijdens de mobilisatie op 1 augustus 1914 werd hij als beroepsvijwilliger en als soldaat 1^ste Klasse ingedeeld bij de Kanonniers te Voet, die gekazerneerd lagen in het fort van Wilrijk (Vestingstroepen). Na de val van Antwerpen in oktober 1914 werd hij op 11 oktober 1914 gevangene gemaakt aan de Belgisch-Nederlandse grens in Zandvliet. Na de afgifte van uniform en wapens werd hij op transport gezet naar het interneringskamp van Harderwijk in Nederland. Hij werd gerepatrieerd op 12 november 1918, waarna hij werd toegevoegd aan het bataljon van de compagnie van de Spoorwegtroepen, dat gevestigd was te Muizen, bij Mechelen. Hij verbleef te Muizen tot aan zijn demobilisatie op 30 juni 1919.

Na de oorlog ontving hij van het Ministerie van Oorlog de Zege- en Herinneringsmedaille.