Geboren te Berg op 19 juni 1883 als zoon van Jan Baptist Verboomen (geboren op 2 december 1834 te Berg) en van Catharina Philomena Eeckeleers (eveneens geboren te Berg in het jaar 1833 als dochter van Josephus Eeckeleers en van Anna Catharina Van Der Sijpen). Felix woonde in de Dijkstraat nº 2 in Steenokkerzeel. Hij was gehuwd met Antoinette Borremans (landbouwster) en ze hadden geen kinderen.

Hij deed zijn militaire dienstplicht als milicien van de lichting 1903.
Tijdens de mobilisatie van 1 augustus 1914 werd hij als soldaat Eerste Klasse ingedeeld bij het 11^de Linie Regiment. Na tot het uiterste weerstand te hebben geboden om niet in de handen van de vijand te vallen tijdens de slag om Antwerpen, gaf de officier-commandant Rosseels het bevel tot overgave. Na zijn vlucht naar het naburige Nederland werd hij in De Klinge, een plaatsje gelegen op de grens Nederland-België, op 10 oktober 1914 gevangengenomen en meteen overgebracht naar een interneringskamp in Zeist, een gemeente in het midden van de Nederlandse provincie Utrecht. Na wapenstilstand werd hij eind november gerepatrieerd naar België en diende hij zich, eens op Belgisch grondgebied, aan te melden bij het Centrum voor Oud-Militairen te Brussel van waaruit hij demobiliseerde op 1 februari 1919.

Na de oorlog werd hij door het Ministerie van Landsverdediging bedacht met de Zege- en Herinneringsmedaille.