ProjectenWO 1 |
Geboren te Kampenhout op 16 mei 1885 en gehuwd met Anna Maria Schoevaerts (eveneens geboren te Kampenhout op 18 oktober 1887). Zij woonden samen met hun drie kinderen in de Langestraat 31 te Kampenhout. Van beroep was hij melkboer.
Hij ging samen met Frans Verstraeten en Guilielmus Janssens op donderdag 20 augustus 1914 per fiets naar de aankomende Duitse legers zien. Ze werden samen gevangen genomen en gefusilleerd in de Duistbos, een bos tussen Berg en Steenokkerzeel - waarschijnlijk omdat zij de papieren van de burgerwacht nog op zak droegen. Ze werden ter plekke in de bos begraven. Zonder toelating werden de lichamen terug opgegraven begin november 1914. Dezelfde dag volgde een lijkdienst in de kerk en werden ze begraven op het kerkhof van Kampenhout. Een detail : Zelfs het geld dat ze bij zich droegen werd nog op hun lichaam gevonden.
De rechtbank van oorlogsschade kent aan zijn vrouw Anne-Marie Schoevaerts een jaarlijkse rente toe van 800 frank en voor elk minderjarig kind tot 16 jaar een jaarlijkse rente van 300 frank.
Oorlogsdagboeken van Pastoor Clicteur:
donderdag 20 augustus 1914.
"Het Duitsch leger begint door Campenhout te trekken. Vele vluchtelingen van Aerschot en omstreken trekken hier binnen en voorbij. Vele Campenhoutenaren nemen de vlucht. Een deel Duitschers komen hier vernachten, 's Avonds worden alle mannen vergaderd in eene zaal om te vernachten. De Heeren Burgemeester, V. Bellinghen en R. Liekens moeten 's anderendaags blijven als gijzelaars. Twee Campenhoutenaren, Frans Verstraeten en Henri De Coster worden doodgeschoten in de Duist (Wambeke, Steenockerzeel)."