ProjectenWO 2: burgerslachtoffers |
Hij werd geboren te Kampenhout op 11 mei 1912 en overleed bij een luchtbombardement te Mechelen op 19 april 1944. Hij was gehuwd met Elsa Coppens.
19 april 1944 is een zwarte bladzijde in de Mechelse geschiedenis. Rond kwart voor zeven 's avonds verschenen de eerste bommenwerpers boven de Dijlestad. Ze bombardeerden de spoorlijnen en het Arsenaal (centrale werkplaats van de spoorwegen). Ook de Erla-werkhuizen, de Werbestelle van de Waffen-SS, de Kreiscommandatur, het gebouw van de rantsoenzegels en de telefooncentrale werden zwaar beschadigd. Omdat de bommen te vroeg vielen, belandden ze veelal op de huizen.
Honderden brisant- en brandbommen richtten ook een enorme ravage in de stad zelf aan. De balans was verschrikkelijk: 138 doden, 12 vermisten en 123 gewonden. Daarnaast waren er 362 vernietigde en 1507 beschadigde gebouwen. Ook de Onze-Lieve-Vrouw-over-de-Dijlekerk deelde in de klappen evenals de Zoutwerf (de Lepelaar), de OCMW-gebouwen aan de Bruul, de Botermarkt en de wijk aan de Leuvensesteenweg werden getroffen. De meeste slachtoffers vielen in de Groenstraat.
Na het bombardement werden de scouts van Onze-Lieve-Vrouw opgetrommeld om mensen te gaan redden. De jonge gasten vertrokken enthousiast, maar kwamen getraumatiseerd terug. De brandweerkorpsen die vanuit de wijde omgeving naar Mechelen kwamen, werden door de Duitsers opgevorderd om de Erlafabrieken en de Kreiskommandatur te blussen.
Jules werd op maandag 24 april 1944 begraven op de gemeentelijke begraafplaats van Kampenhout.