ProjectenWO 2: burgerslachtoffers |
Hij werd geboren te Buken op 7 december 1902, als zoon van Petrus Henricus Vander Mosen (geboren te Buken op 26 augustus 1865 en aldaar overleden op 25 maart 1932) en van Apollonia Maria Theresia Soetemans (geboren te Veltem-Beisem op 18 juni 1872 en overleden te Buken op 2 juli 1934). Hij was gehuwd met Christina Rigo (geboren te Nederokkerzeel op 24 december 1906 en overleden op 87-jarige leeftijd te Holsbeek).
De geallieerden veroverden tussen 2 en 14 september 1944 het grootste deel van België. Hun snelle vooruitgang dankten ze vooral aan het feit dat het ontredderde Duitse leger zich vrijwillig terugtrok achter de Siegfried-linie, net over de grens in Duitsland, en aan de Nederlandse grens, achter het Albertkanaal en langs de Scheldemonding.
Bij haar terugtocht wreekten de terugtrekkende Duitse troepen zich op burgers nadat ze waren aangevallen door het verzet. Dat was onder andere zo in Kampenhout omdat ze gefrustreerd de brug aan Kampenhout-Sas niet konden opblazen. Zo verhinderden leden van het verzet dat een twintigtal strategische bruggen niet konden verwoest worden, onder andere in Aalst, Charleroi, Hoei, Kampenhout, Namen, Nieuwpoort en Dendermonde.
Emiel werd het slachtoffer van het achteruittrekkende Duitse leger en overleed als laatste burgerlijk slachtoffer op Kampenhoutse bodem op 4 september 1944 te Buken. Hij werd begraven op de gemeentelijke begraafplaats van Buken en ook zijn naam is vermeld op de herdenkingsmuur naast de Sint-Antoniuskerk te Buken.
Een getuigenis van zijn dochter Paula, opgetekend op 4 september 2017 en aan ons meegedeeld door Jean-Pierre Magdaleens geeft een klein relaas hoe Emile werd getroffen.
"In de namiddag van zondag 3 september 1944 hadden we nog boterhammen gegeven aan enkele Duitse soldaten in het café. ´s Avonds werd er in Zemst hevig geschoten en bakker Emiel stak de straat over om 3 huizen verder naar het spektakel te gaan staan kijken. Ondertussen reed een terugtrekkende kolonne Duitsers richting Leuven voorbij en hij zei nog dat hij na de laatste camion naar huis ging. Om 21u werd hij vanuit de laatste camion getroffen met een dumdum kogel. Hij was gekleed met een wit hemd en blauw boezeroen. In zijn borstzakje stak een notitieboekje waar de kogel doorheenging (zie foto). Hij zei nog aan zijn dochter dat het allemaal niet zo erg zou zijn, maar overleed thuis op 4 september om 3u 's ochtends. In de namiddag reden de Engelse troepen voorbij richting Mechelen."