Op 22 september 2019 trok een 25-man sterk delegatie van onze heemkring naar Tielt-Winge om een bezoekje te brengen aan het Hagelands Huis van het Belgisch-Frans Verzet. Een zeer enthousiaste museumeigenaar gaf ons een unieke kijk op het verzetsleven in West-Europa tijdens de Tweede Wereldoorlog en meer bepaald in België en Noord-Frankrijk. De ongelijke strijd van de gewone burger via sabotage, vervalsingen en aanslagen tegen de Duitse bezetter en de horror van het nazisme, verdienen nog steeds de volle aandacht van de aankomende generaties. Het zwaartepunt van de collectie en onderzoek ligt bij de weerstand van het eerste uur, letterlijk vlak na de capitulatie in 1940. Daarnaast wordt ook het soms diverse spectrum van de bevrijdingsweerstand aangekaart, in al zijn facetten. De vroeg-oorlogse collectie behoort tot de meest gedetailleerde van West-Europa en bestaat enkel uit gedetailleerde items, documenten, foto's en voertuigen, die de ziel van hun eigenaars en hun verdoken acties en leven onder de Duitse bezetter weer tot leven brengen.
Na de lunch in 'Het Dorpsgenot' in Rillaar werden we opgewacht door stadsgids Marcel in het Stedelijk Museum van Aarschot om ons het zeilen en reilen van de Gasthuissite uit de doeken te doen.
Op het einde van de 20ste eeuw was de kapel door verwaarlozing in slechte toestand. Het regende binnen, de bepleistering viel van muren en gewelven en de verwarming liet te wensen over. Na overleg beslisten het OCMW-bestuur en de geestelijkheid de laatste misviering te houden op 4 november 1990. Na de sluiting van de kapel organiseerden de leerlingen Beeldende Kunsten van het Sint-Jozefscollege er in mei 1991 hun tentoonstelling onder de titel Grauwvuur.
Met hun beelden en installaties en in hun brochure klaagden zij scherp de verwaarlozing door de stedelijke overheid aan. De stad Aarschot besliste in 1994 om de vrijgekomen gasthuissite met de zeven huizen in de Gasthuisstraat te verwerven. Het stadsbestuur had grootse plannen met het domein. De klooster- en ziekenhuisgebouwen zouden het historische kader vormen waarbinnen o.a. het Cultureel Centrum Het Gasthuis gestalte zou krijgen. Ook werden een aantal interieurs en meubilair beschermd zoals de kloostergang met de 17de eeuwse glasramen en de apotheek met inboedel. De renovatie en herbestemming van de gebouwen werd in diverse fasen aangepakt. Het verbouwingsdossier werd op 29 juni 1995 toevertrouwd aan de Aarschotse architect Peter Van den Broeck. Hij zou later ook de dossiers van de andere gebouwen op de site behandelen.
De dag eindigde met een bezoek aan de brouwerij en een laatse glas in de Bruine Kroeg van de site. Moe maar voldaan werd rond 18u de terugweg naar huis aangevat.